Albert van Saksen
Duits politicus (1828-1902) / Uit Wikipedia, de vrije encyclopedia
Frederik August Albert (Dresden, 23 april 1828 – Sibyllenort bij Breslau, 19 juni 1902) was van 1873 tot 1902 koning van Saksen. Hij was de zoon van koning Johan van Saksen en Amalie Auguste van Beieren, dochter van Maximiliaan I Jozef van Beieren.
Albert | ||
---|---|---|
1828 - 1902 | ||
Koning van Saksen | ||
Periode | 1873-1902 | |
Voorganger | Johan | |
Opvolger | George | |
Vader | Johan van Saksen | |
Moeder | Amalie Auguste van Beieren |
Albert van Saksen | ||
---|---|---|
Rustplaats | Katholische Hofkirche, Dresden | |
Religie | Rooms-katholiek[1] | |
Onderdeel | Saksische leger | |
Dienstjaren | 1848 - 1902 | |
Rang | Generalfeldmarschall | |
Bevel | XII. (I. Königlich Sächsisches) Armee-Korps Inspecteur-generaal I. Armee-Inspektion (Deutsches Kaiserreich) | |
Slagen/oorlogen | Eerste Duits-Deense Oorlog
| |
Onderscheidingen | Zie onderscheidingen |
Zoals gebruikelijk was Alberts opvoeding sterk militair getint, maar hij volgde ook colleges aan de universiteit van Bonn. In 1849 maakte hij de Eerste Duits-Deense Oorlog mee. Hij trad in 1853 in het huwelijk met Carola van Wasa, kleindochter van Gustaaf IV Adolf van Zweden. Dit huwelijk bleef kinderloos.
Kroonprins Albert leidde in de Oostenrijks-Pruisische Oorlog van 1866 het, in deze oorlog verslagen, Saksische leger tegen het Pruisische leger onder prins Frederik Karel. Hij verwierf hier de reputatie een goed militair te zijn. Na de oorlog trad Saksen toe tot de Noord-Duitse Bond en voerde Albert opnieuw het Saksische leger aan, dat nu slechts een deel van het Noord-Duitse leger was. In de Frans-Pruisische Oorlog van 1870 commandeerde hij opnieuw de Saksen, ditmaal onder zijn oude tegenstander Frederik Karel. De beslissende aanval op Saint-Privat-la-Montagne werd door Albert uitgevoerd. Na de wapenstilstand kreeg hij het commando over de Duitse bezettingsmacht in Frankrijk.
Samen met zijn broer George, die onder hem diende, woonde hij op 18 januari 1871 in Versailles de kroning van de Pruisische koning Wilhelm I tot Duits keizer bij.
Albert besteeg de troon na de dood van zijn vader op 29 oktober 1873. Hij besteedde weinig aandacht aan de politiek en richtte zich op militaire zaken, waar zijn advies en ervaring zeer van pas kwamen. Onder zijn bewind was Saksen dan ook een modelstaat voor de constitutionele monarchie. In 1897 zat hij een scheidgerecht voor dat bemiddelde in het conflict over de erfopvolging in Lippe, dat het uiteindelijk toewees aan Leopold van Lippe-Biesterfeld. Hij stierf kinderloos en werd opgevolgd door zijn broer George.