HOOFDSTUK VI. REVOLUTIETIJD, DEEL II
1789-1890
Willem I der Nederlanden (1772-1843).
Gent is Willem I tot op heden dankbaar voor zijn inspanningen ten aanzien van de industrialisatie.
De Belgische weerstand tegen koning Willem I der Nederlanden leidde tot de Belgische onafhankelijkheid. Na de Franse Revolutie en de val van Napoleon creëeren de toenmalige grootmachten een bufferzone door de Belgische gebieden toe te wijzen aan het nieuwe Nederlandse koninkrijk. Het bestuur komt er zonder binnenlandse inspraak en leidt tot het afscheuren van de zuidelijke gebieden in 1830. Johan Op de Beeck noemt in zijn Het verlies van België diverse oorzaken: 1. Zo is er de wil van koning Willem I om alle macht rond zijn hof te verzamelen, 2. zijn economische beleid valt evenmin in goede aarde, 3. er is de de onderlinge walging tussen de zuidelijke katholieken en de noordelijke protestanten, 4. het miskennen van het Frans in het ambtenarenapparaat en in de militaire kringen en 5. de antiklerikale onderwijspolitiek. Deze cocktail leidt ertoe dat tegenstanders van uiteenlopende strekkingen -zowel reactionairen als progressieven - elkaar vinden. Het centrum van de opstand is niet Gent of Antwerpen maar Brussel. Waarom? 1. Wegens zijn centrale ligging. 2. Hier had Edouard Ducpétiaux met een bevriend journalist de nationale Belgische driekleur (met de kleuren van het wapenschild van het voormalige hertogdom Brabant) ontworpen om te herinneren aan én zich te onderscheiden van de Franse vlag. 3. Brussel beschikt over een succesvolle eigen burgerwacht. 4. Brussel is na Den Haag de tweede hoofdstad van het land en hier had Willem I zijn residentie die hij nauwelijks betrok (hij gaf de voorkeur aan Den Haag). 5. De Brusselaars stelden zich erg uitdagend op ten aanzien van de Hollanders. 6. De Luikenaars zakten onder leiding van Rogier af naar Brussel om te helpen.[1]
.
Hoofdstuk 6 bestaat uit drie delen. Het eerste deel focuste op de Franse Revolutie . Dit deel focust op de Belgische Revolutie en deel drie op de Industriële Revolutie, 1770-1890 .
.
DEEL II. DE RESTAURATIE, DE NEDERLANDERS EN DE BELGISCHE REVOLUTIE: 1815-1830
.
Er zal een tijd komen, dat de volken van Europa te wijs zullen zijn om elkander te beoorlogen, en dan zal de zware post, voor het maken en onderhouden van vestingen, op al de begrotingen geschrapt zijn.
— G.K. van Hogendorp,
1819
.
Het volk heeft de revolutie gemaakt en de burgerij heeft ze in beslag genomen.
.